Reizen met de bus is niet mijn grootste hobby. Wagenziek. We veroveren plaatsen helemaal voorin de bus zodat ik uit het raam kan kijken. Helaas past mijn rugzak niet in het bagagevak en moet Erwin het ding steeds op schoot nemen als er mensen in of uit willen. De chauffeuse ergert zich aan langzame auto’s en haalt in op wegen met tegenliggers. Bah. In Newcastle zie ik Edna meteen staan. Ze brengt ons met de auto naar onze Beverly Annex.
De toeristische route nam ze, blijkt later, want Erwin en ik denken op dat moment allebei dat lopen van het centrum naar ons huisje geen optie is. De wagenziekte ebt snel weg, maar eenmaal thuis overvalt me weer een nare misselijkheid. Ik probeer nog mee te hobbelen naar de dichtstbijzijnde supermarkt, maar ik keer om. Even liggen op bed. Wanneer Erwin terug komt met de boodschappen, hang ik net boven de wc om voor de tweede keer over te geven. Ik wijt het aan de vette hap van die morgen en zweer nooit meer te zwichten voor een Iers ontbijt. Maar Erwin klaagt ook over een rare buik. Het begint bij hem met diarree maar opeens moet hij ook overgeven. Helaas voelt hij zijn kotsbui niet aankomen en de slaapkamervloer ligt onder. Met spatters op kast en bed (matras en dekbed). Ik ruim het op en Erwin leegt nog meer dan 10 keer mijn teiltje. We strompelen om beurten naar de wc. Niks blijft binnen, nog geen molecuul water. En wat hebben we een dorst. Het is ondraaglijk, zo’n dorst. Ik blijf mijn mond spoelen maar dat helpt niet. We slapen nauwelijks, ik heb pijn in al mijn ledenmaten en kan van ellende niet meer liggen, zitten of staan. ‘s Ochtends is het nog steeds niet over. Erwin knapt iets sneller op en mijn held vertrekt met grote rugzak richting supermarkt. Heeeel rustig aan. Anderhalf uur later komt hij terug met medicijnen en liters drinken. De medicijnen werken supergoed! Ik heb een extra doosje ingeslagen en mee naar huis genomen. Ik blijf op bed, maar nu is het draaglijker. Eigenlijk best knus, zo samen ziek.
Het huisje voorziet in al onze behoeften. We doen 4 dagen met de spaghetti met saus uit Belfast een bouillonblokje en een zak soepgroenten. Er is tv waar we “X-factor, battle of the stars” vier avonden volgen. De 3e dag in Newcastle lopen we wankel naar het centrumpje. De tocht valt ontzettend mee. We zitten aan het strand en wandelen wat rond. Het is er prachtig en we zuigen volop indrukken en frisse lucht op, opgelucht dat we beter zijn. Wat is het toch heerlijk om je goed te voelen.
De laatste dag gaan we naar het Tollymore Forest Park. Ook hier is het prachtig. Echt jammer dat we nog te zwak zijn om volop te kunnen wandelen in de bergen.
Edna blijft een raar mens. Nadat ik Erwin de eerste avond gesmeekt had om aan haar te gaan vragen of zij medicijnen had en ze dus wist dat we ziek waren, heeft ze nooit aangeboden om boodschappen te halen. Of ons bij de bushalte af te zetten. Ze liet ons eigenlijk maar aan ons lot over. Ze wist dat we naar Dublin zouden gaan, via Newry. En toen bleek dat de bus naar Newry zowat LANGS ons huisje kwam en wij braaf het hele eind naar het centrum gesjokt waren, toen had ik het echt met haar gehad. Stom wijf.
Helaas voelt hij zijn kotsbui niet aankomen en de slaapkamervloer ligt onder. Met spatters op kast en bed (matras en dekbed). Ik ruim het op en Erwin leegt nog meer dan 10 keer mijn teiltje
Echte liefde… *zwijmel*