Onder hele hoge bomen,
in een gróót kabouterbos.
Staat een heel klein aardig huisje,
zo maar midden op het mos.
Ik zou er graag in willen wonen,
maar ik ben toch veel te groot.
‘t is het huis van de kabouters,
Mutsjes blauw en jasjes rood.
Als het avond is geworden,
is dat helemaal niet naar.
Want dan zitten de kabouters,
heel gezellig bij elkaar.
Want ze zitten op een stoeltje,
met een kaarsje in de hand.
Ja dan is het zo gezellig
in kaboutersprookjesland.
Leuk zeg!!
geen wonder dat sinterklaas jouw hulp inriep voor het schrijven van gedichten, knap gedaan!!
@ Ans: Nee hoor, dit is een bestaand kinderversje, geen credits voor mij.
toch leuk!!