Als echt kattenmens ben ik helemaal geen fan van honden. Alleen puppy’s komen door de selectie, én herdershonden. Er zijn hiervoor twee mogelijke verklaringen, die misschien in combinatie gewerkt hebben:
1) onze achterbuurman had en heeft een fokkerij voor Duitse herders, dus dat was van kleins af aan mijn beeld van de hond
2) ik kreeg toen ik klein was een knuffelherdershond, die mijn lievelingsknuffel werd.
Ik kan me het moment nog herinneren dat ik het beestje kreeg. Iemand stelde de legendarische vraag “Weet je al hoe hij heet?”
Ik dacht: “HUH? Jij niet?” Nou ja, kan gebeuren, dus ik noemde zijn naam: Brompiet. Oerstomme naam natuurlijk, maar daar kon het beest zelf ook niks aan doen. En ik begreep werkelijk niet waarom Brompiet alleen aan mij verteld had hoe hij heette.
Hetzelfde gebeurde bij de babypoppen, die mijn zus en ik ooit voor Sinterklaas kregen. De pop van mijn zus heette Wawa, een totaal exotische, fantastische naam, waar ik jaloers op was. Maar mijn pop heette Knuf.
Had ik weer.
Hahaa! Brompiet! seriously?! ;-P